7 februari 2014
Tot slot van deze week de drieklapper van West onder de naam This is not Africa, this is us: Een stand op Art-Rotterdam, een video installatie en een debat in de kunsthal en een opening in de galerie, allen met dezelfde kunstenaars. Het betreft drie Afrikaanse kunstenaars, een uit Zimbabwe en twee uit Z. Afrika en alledrie de moeite meer dan waard. Voor het debat van West in de kunsthal kreeg het behoorlijk opgekomen publiek de gelegenheid de videoinstallatie van Kudzanai Chuirai te bekijken, een indrukwekkende opstelling van drie video’s, alle drie gebaseerd op klassieke thema’s uit de westerse kunst, maar Afrikaans ingevuld. De meest in het oog springende is Iyeza (komst)die het ontstaan van een natiestaat verbeeld aan de hand van een opstelling als in Da Vinci’s Laatste Avondmaal. Er is veel actie met zelfs een moord, maar de handeling van acht seconden is opgerekt tot elf minuten waar door een zuigende werking ontstaat die wordt versterkt door de erbij gemonteerde muziek van een bekende Z. Afrikaanse zanger. De tweede video is een opname van een Afrikaanse vrouw in de natuur die op een rots zingt terwijl ze met klei figuurtjes kneedt, als een sirene, een lied gebaseerd op een scheppingsverhaal. De naam van de video is Creation en het lijkt erop dat de kracht van moeder aarde gebruikt wordt om problemen ten goede te keren. De derde video is nieuw en is gebaseerd op de Piëta van Michelangelo. De naam is Moyo (lucht) en het ziet de slachtoffers van publiek geweld als offer voor vooruitgang.
Het door West in de kunsthal georganiseerde debat was in meerdere opzichten interessant, door de uitgenodigde gasten, de thema’s die aan de orde kwamen en toch ook door het feit dat een groot publiek bereid is op een dergelijk gebeuren af te komen tijdens de kunstweek. Het debat werd hier en daar wat stroperig doordat men met eigen preoccupaties aan de haal ging en het voorstellingsrondje al direct uitliep op uitgebreide exposés die de gespreksleider niet in de hand hield. Desalnietemin werden er wel een aantal behartenswaardige dingen gezegd. Naast de in de galerie en beurs tentoonstellende kunstenaars, Kudzanai Chuirai, Simon Gush en Kemang Wa Lehulere, waren ook de curator Simon Njami, kunstenaar en schrijver Senam Okudzeto, kunstenaar Renzo Martens en docente en publiciste Nana Adusei-Poku uitgenodigd om onder moderator Jelle Bouwhuis (curator van Stedelijk Bureau Amsterdam) te spreken over het grote aantal niet westerse kunstenaars dat modieus in tentoonstellingen opgenomen wordt en de tentoonstellingen van niet westerse kunst die recent georganiseerd worden. Daarbij kwam het woord “framing” steeds terug, niet vreemd want het begrip is bekend in vele disciplines. De in dit geval Afrikaans kunstenaars worden vooral als Afrikaanse kunstenaars uitgenodigd in westerse tentoonstellingen en niet als kunstenaars die een bepaald soort werk met een eigen thematiek maken, voorbeelden te over. Dat het Afrikaans zijn als belangrijker wordt gezien dan de aard van hun werk wordt als problematisch ervaren. Simon Njami, die zich steeds erg zelfbewust uitte, vertelde over tentoonstelling die hij maakte met vnl Afrikaanse kunstenaars over de Divina Comedia van Dante: hoe durfden die kunstnaars hun roots te verraden door met een Europees gegeven aan de haal te gaan! Hij repliceerde dat als Dante universele waarden vertegenwoordigt ook Afrikaanse kunstenaars zich daartoe moeten verhouden. Nana Adusei-Poku trok het hele debat eloquent richting racisme, wat mede gezien het feit dat er ook blanke Afrikanen aanwezig waren die last hadden van genoemde problematiek nogal beside the point was. Senam Okudzeto vertelde uit haar praktijk hoe je origineel en energiek met genoemde zaken om kunt gaan en ook Renzo Martens liet met een nieuw project in de Congo waarover hij vertelde zien dat de verhouding Afrika-Westen nog veel integratie behoeft. Al bij al was de geplande tijd te snel om, een echt debat had nog niet plaats gevonden, maar een aantal stellingnames waren wel duidelijk geworden.

Op de achtergrond een op stapel staande publicatie van Stedelijk Bureau Amsterdam over genoemde thematiek
’s Avonds na de Fitax 1000 ben ik nog even naar de opening van de tentoonstelling in West gegaan. Het werk van Kemang Wa Lehulere viel me hier erg op. Hij had een muurtekening gemaakt en een performance gehouden, A native of nowhere genaamd, waarin hij een tekst probeerde voor te lezen met veligheidsspelden in zijn mond om die tekst vervolgens te verbranden. Simon Gush laat video’s zien van industriële plekken in Johannesburg bij nacht. Hij legde uit tijdens het debat dat hij arbeid wil uitwissen, in de video’s laat hij de koplampen van voorbij rijdende auto’s de beelden van fabrieken e.d. in het licht oplossen wat ik een erg mooi idee vindt. Ik hoorde in de galerie dat hij met spiegels een installatie maakte om de lichten in de camera’s lens te laten schijnen, dus de opnamen moeten ook al een fraai spektakel zijn geweest . Van Kudzanai Chuirai hangen foto’s in de galerie die in in de trand van de video’s de geboorte van een cultuur laten zien.