Nederlandse en Spaanse meesters

30 december 2019

Op de academie kocht ik bij de Slegte twee dikke boeken van Goya: een met tekeningen en een met grafiek. Ik heb er een levenslange bewondering voor zijn werk en later voor Spaanse kunst in het algemeen aan over gehouden. Een aards surrealisme is er altijd wel in te vinden en het bijzonder puriteinse katholicisme creëert een sobere helderheid die me bijzonder aanspreekt.
Toen het Rijksmuseum bekend maakte dat de tentoonstelling Rembrandt-Vélazquez dezer dagen zou plaats vinden besloot ik dan ook die bij gelegenheid te bezoeken. Eerder was ik in de kerstvakantie naar Amsterdam gegaan om This Art Fair in de beurs van Berlage te bezoeken en dat was aanleiding om Amsterdam op zijn minst in deze periode te mijden. Een bezoek naar aanleiding van een diner van de werkgever van mijn geliefde versterkte dat gevoel behoorlijk, maar wat ik nu op weg naar en van het Rijksmuseum mee maakte sloeg werkelijk alles wat ik voorheen had ervaren: vanaf het Centraal station krioelde een onafzienbare mensenmassa door de stad. Weinig toffe Amsterdammers, maar des te meer kosmopolitische consumenten die als een stroom rioolwater de stad overspoelde.
Laat ik me echter bij de aanleiding voor deze bezoeking houden: De tentoonstelling in het rijksmuseum die in gerenoveerde vorm opeens aan het Louvre deed denken. Dat laatste had als voordeel dat de mensenmassa vakkundig verwerkt werd en na anderhalf uur “on hold” te zijn gezet om in het juiste “tijdslot” naar binnen te kunnen hebben we een magnifieke tentoonstelling gezien. Die pauze gebruikten we om (ook al weer) op Franse wijze in de rij te wachten tot een plaats vrij kwam in het restaurant dat op een verhoging in de centrale ruimte de voormalige binnenplaats van het museum overzag. Dat restaurant had overigens een behoorlijk goede lunch tegen redelijke prijs wat ik niet direct had verwacht.
Zoals gezegd is de tentoonstelling magnifiek: het beste uit de Nederlandse en Spaanse schilderkunst uit de 17e eeuw is er te zien, Zurbaràn, Vèlazquez, Ribalta, Rembrandt, Frans hals, Vermeer, een prachtig klein stilleven van Coorte: terwijl ik normaal met een enorme vaart voorbij de stillevens probeer te komen vind ik zijn werk en vooral de dode natuur van Zurbaràn schitterend. Prachtige portretten waarvan een portret van Frans Hals met een lachende man die zwart geschminckt ook nog erg actueel is. In de meeste gevallen is werk van een schilder steeds thematisch verbonden met dat van een buitenlandse tegenpool wat in veel gevallen prachtig uitwerkt. Ik zou er over door kunnen gaan, maar ik vind dat iedereen zelf moet gaan kijken, het kan nog tot 19 januari. Bij deze een indruk

Links: Francisco de Zurbaràn – Agnus Dei, rechts: Pieter Saenredam – Interieur van de Sint Odulphuskerk in Assendelft
Links: Francisco de Zurbaràn – San Serapio – rechts Jan Asselijn -De bedreigde Zwaan
Diego de Vélazquez: De smidse van Vulcanus
Links: Rembrandt van Rijn – Zelfportret, rechts: Diego Vélazquez- De nar Diego de Alcedo
Francisco Ribalta: Christus omhelst de heilige Bernardus
Links: Jan Lievens – Stilleven met boeken, rechts: Jusepe de Ribera – De heilige Paulus de heremiet
Dit mooie stilleven heb ik ook in het Prado bewonderd, maar ik heb de gegevens niet…
Links: Francisco de Zurbaràn – Beker water met roos, rechts: Adriaan Coorte – stilleven met asperges
Juan de Valdez – Leal: Finis Gloria Mundi

Rijksmuseum