needs must (when the devil drives)

19 juni 2022

Dit weekeinde vond bij Quartair de avant-garde theatervoorstelling met bovenstaande titel plaats. Het was een voorstelling die door Charlie Watkins en Petra van Beuningen werd gecreëerd en uitgevoerd. In het rechtergedeelte van de tentoonstellingsruimte was links een ruimte met een schot van de rest afgeschermd en daar vond het stuk plaats. Aan de rechterkant bevond zich een regietafel waaraan Rob Bothof geluid en licht verzorgde. Als decor stond een deur voor de achterwand, er was een bed voor en daarvoor nog een vlak met tuinaarde. Hiervoor stonden drie rijen met stoelen. Het had allemaal een bijzonder kernachtig DIY gehalte en oogde dus direct très avant garde.

Den Haag heeft naast de gevestigde instellingen altijd een levendige underground gehad van muziek, theater, beeldende kunst en literatuur. Sinds ik in Den Haag woon (1977) kwam ik steeds van alles tegen wat intrigeerde en soms ook beangstigde. Maldoror (ik had de Comte de Lautréamont gelezen, dus wist van wanten) , Radio Tonka met alles er om heen, de muzikanten in de kelders van Ruimtevaart (toen nog aan de Loosduinseweg), Atelier als Supermedium, dichtersavonden aan het Huygenspark, Trespassers W met activiteiten: ik kan het allemaal niet zo snel opdreunen maar er is meer dan je ziet in Den Haag. Maar daarbij hoort dus ook Charlie Watkins die met het multidisciplinaire Shitcluster enige naam heeft gemaakt.

Deze voorstelling past daar naadloos in: een gelaagd “self referential” stuk met sex, bloed en veel ingehouden woede. Het betreft dus een voorstelling over het maken van een voorstelling, gespeeld door twee acteurs die voortdurend van persona wisselen waarbij Charlie Watkins de regisseur/schrijver voorstelt die het stuk tot een goed einde wil brengen. Hij doet dat op ingehouden brits-flegmatieke wijze waaronder veel frustratie en spanning wordt onderdrukt. Bron van die spanning is Petra van Beuningen, de actrice die hem daarbij helpt en steeds broodnuchter reageert, maar ondertussen wel om erkenning verlegen zit. In beginsel is zij Gretha Thunberg die woedend is, bij de koning van haar land wordt geroepen die haar wel eens wat zal laten zien waarna zij door een windmolen vol bijlen aan stukjes wordt gehakt. Naarmate het stuk vordert wordt zij steeds meer Petra van Beuningen die een rol speelt en last heeft van het haantjesgedrag van Charlie. Ze wordt halverwege gevraagd als understudy voor Antigoné bij het Nationaal Toneel en even later wordt ze definitief gevraagd de rol over te nemen. Het onderhavige stuk kan daardoor niet worden afgemaakt. Charlie ziet zich schaakmat gezet en dan volgt een catharsis.

Ik vond het een mooie manier om een voorstelling te maken, te vertonen en voor mij als toeschouwer om te zien. De verschillende lagen geven een mooie spanning en namen mij mee in de diverse conflicten die getoond werden. De acteurs wisten die goed invoelbaar te maken, veel creatieve toeschouwers zullen daarin wat hebben herkend. Het in de handeling opnemen van de technicus versterkte de gelaagdheid van het stuk. Het was dus een geslaagde voorstelling en je zou hopen dat dit vaker zou gebeuren.

Quartair Contemporary Art Initiatives