24 maart 2022
Al weer enige weken geleden zag ik de tentoonstelling van Paula Rego in het voormalige Gemeentemuseum. Ik kende haar werk van plaatjes en had de bij de BBC de documentaire gezien over haar leven waarvan ik erg onder de indruk was. Toen Tate Britain de grote solotentoonstelling organiseerde had ik wel de neiging te gaan kijken: het was de definitieve doorbraak naar de Britse schilder-parnassus, het bracht haar op gelijke hoogte met Francis Bacon of Lucian Freud. Toen ik hoorde dat de tentoonstelling naar Den Haag zou komen was dat een opluchting, maar ik was zelf ook druk in de weer en de covid-maatregelen waren nogal dwingend met het reserveren van time-slots wat voor mij een vreselijke manier is om naar een expositie te gaan kijken. Uiteindelijk ging ik met mijn vrouw die alleen maar in het weekeinde kan vanwege de universitaire dwang. Ik was ondanks alles des te meer onder de indruk van het werk van de van oorsprong Portugese kunstenaar. Zij was door haar ouders naar Engeland gestuurd en heeft daar haar carrière opgebouwd. Ze bleef echter heen en weer naar Portugal reizen, het Portugese leven doordesemt haar werk en in het kleurgebruik en in de atmosfeer in haar werk zindert de Mediterrane zon. In het werk confronteert de kunstenaar zichzelf met haar angsten en haar pijn en ze doet dat door gebruik te maken van literaire en theatrale middelen. In het begin zoekt ze erg naar een taal waarmee ze haar preoccupaties te lijf kan gaan. Daarbij komen allerlei technieken en formele overwegingen uit de heersende avant garde aan de orde. Ze maakt altijd al poppen en gebruikt die op den duur ook in haar beeldende werk. Ondanks haar duidelijke engagement tegen dictatuur en religie probeert ze haar persoonlijkheid te vermommen: in dierfiguren of in alter ego’s. Dat maakt haar werk naar mijn idee alleen maar sterker . De beslissing om over te stappen van verf naar pastelkrijt is een sterke geweest: het werk wint aan zeggingskracht door een verhoogde materialiteit. De tentoonstelling is heel erg de moeite waard geweest en ik vind het jammer dat ze al voorbij is gegaan. Gelukkig heeft het museum een drieluik aangekocht wat we nog veel kunnen gaan zien!















